Uitgegeven: 23 januari 2006 17:52

ROTTERDAM - Meisjes moeten op de basisschool al weerbaar worden gemaakt tegen loverboys. In de hoogste klassen moet het onderwerp in themalessen al aan bod komen. Het thema moet vervolgens ook op het voortgezet- en beroepsonderwijs terugkomen. Dat zei een woordvoerster van de GGD maandag. Het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam stemt binnenkort over het voorstel van de GGD en de gemeentelijke onderwijsdienst.

Politie, het Openbaar Ministerie en Prostitutie Maatschappelijk Werk van Humanitas, Bureau Jeugdzorg en de GGD ondertekenden maandag een convenant. Met de richtlijn hopen de betrokken partijen slachtoffers sneller te helpen en de loverboys eerder op te pakken.


Het is niet duidelijk hoeveel loverboys in Rotterdam actief zijn. Politie en justitie hebben vijf jongens in het vizier. Bij Humanitas kwamen in 2005 vijftig meldingen binnen van vermoedens van (jeugd)prostitutie. 25 meiden zitten in een hulpverleningstraject. Vijftien van hen werden gedwongen zich te prostitueren. Zij zijn gemiddeld 19 jaar oud. Vaak kwamen zij op hun vijftiende al in contact met de pooier.

Dossier

Met het convenant hopen de partijen eerder in te kunnen grijpen, zodat er ook een vollediger dossier kan worden opgebouwd voor politie en het OM. De Rotterdamse aanpak kent drie onderdelen: preventie, opvang en hulpverlening en repressie. Vooral het signaleren van de problemen is erg belangrijk, aldus de woordvoerster.

In Amsterdam krijgen scholieren tussen de 13 en 18 jaar sinds kort voorlichting over loverboys. De preventie richt zich in eerste instantie op scholen voor speciaal onderwijs. Uit onderzoek blijkt dat met name deze leerlingen het risico lopen slachtoffer te worden van de pooiers. De lessen moeten de scholieren bewust maken van de gevolgen van een verkeerde relatie.